Berry den Brinker

1946, Rotterdam.

Het was zijn jongensdroom kunstschilder of architect te worden. Zijn slechtziendheid door juveniele maculadegeneratie zat hem erg in de weg bij het lezen, maar niet bij het tekenen. Toch koos hij na de middelbare school niet voor een kunstopleiding maar voor psychologie. Hij bleef echter wel actief als kunstenaar.

Hij ontdekte de kunstzinnige expressiemogelijkheden van de fotografie. Hij maakte talloze fotoreizen naar de ruige hoogvlaktes van Noorwegen en de toppen van de Alpen. Maar ook het dagelijks leven onder moeilijke omstandigheden boeide hem. Zo maakte hij, geïnspireerd door Van Gogh, fotoreportages van het leven op het Ierse platteland en van het straatleven in Amsterdam.

In zijn fotografie houdt Berry van hoge contrasten door veel gebruik te maken van tegenlicht. In de donkere kamer versterkte hij de contrasten met grafische effecten. Vanaf 1973 publiceerde hij zijn werk in Nederlandse fototijdschriften. Even overwoog hij toch nog beroepsfotograaf te worden. Maar zijn omgeving vroeg zich af waarom hij dit wilde terwijl hij bijna blind was. In 1976 begint hij aan zijn promotieonderzoek in ‘bewegingswetenschappen’ aan de VU in Amsterdam Tijd voor het arbeidsintensieve grafische dokawerk is er niet meer.

Maar in 2000 bieden digitale technieken uitkomst. Ineens kan hij grafische effecten bereiken waarvoor hij vroeger uren moest ploeteren in de donkere kamer met giftige fotobaden. Terloops ontdekt hij een overeenkomst tussen het digitaal tekenen van contouren in foto’s en de manier waarop mensen visueel waarnemen. Ineens kan hij wetenschappelijk verklaren waarom hij ondanks zijn lage gezichtsscherpte toch voor een goede compositie in zijn foto’s kan zorgen. Lees meer daarover in ‘The Beauty of Blur’ In de KUBES catalogus van 2003 ‘De Kunst van het anders Zien VII’.

Het nieuwe inzicht zet hij ook in voor onderzoek naar de visuele toegankelijkheid van de openbare ruimte en gebouwen. In 2012 krijgt hij daarvoor een internationale prijs. In 2014 geeft hij het handboek voor de visuele toegankelijkheid van gebouwen uit: ‘Zicht op Ruimte’. En zo is zijn jongensdroom verwezenlijkt om zich zowel met kunst als architectuur bezig te houden.

Meer informatie? Neem contact op met Berry den Brinker.
E-mail: b.denbrinker@silvur.nl

Het tweeluik Belle Vue Mont Blanc

Met zware rugzak op weg naar het hoogste punt van Europa,
beladen met tent en eten in geval van nood.
Met statief en camera’s voor mooie plaatjes
Belle vue, het startpunt voor een mooi uitzicht op de Mont Blanc.

De ruïne bleek een vat vol tegenstrijdigheden.
Wat mooi was is lelijk en lelijk is prachtig geworden.
Het gebouw deed me denken aan werk van Piet Mondriaan.
Hoe mooi kan vergane glorie zijn?

Eenmaal boven wees niets op het sluipende onheil.
Aan mijn voeten veel pieken met sneeuw en ijs.
Hoe lang nog wagen mensen hun leven voor dit uitzicht?
Kennen zij de gevaren van deze berg?

Tijdens de afdaling moest ik een klimmer uit het ravijn redden.
Het tweeluik waarschuwt al lang voor naderend onheil.
Eenmaal zover rest mij niets dan een beeld van vergane glorie:
een mooi tweeluik in het museum voor moderne kunst.

Berry

Tweeluik Rotsen in Trollheimen

Met statief en camera’s trok ik alleen over Noorse hoogvlakten,
Ik zocht er de heuvels en bergen om me te oriënteren.
En meed de vlaktes met moerassen om niet te verdwalen.
Beladen met tent en eten voor weken mocht ik toch van het pad af raken.

Na de ijstijd is de druk van het landijs verdwenen.
Noorwegen rees op, niet overal even snel.
En zo groeiden de grillige heuvels en bergen in het thuisland van de trollen,
Trollheimen waar flarden mist en regen het zicht spookachtig vertroebelen.
En zo zie je bergen die even later weer verdwenen zijn.

Het kostte me moeite om een rotsblok van een berg te onderscheiden.

Berry